Ga naar de inhoud

Preek Marcus 10:45

Een preek over de lijdensweg van Jezus Christus. Een weg van de stervende Dienaar.

Liturgie
Psalm 116:1,7,10
Psalm 130:2,4 (na wet)
Psalm 49:2,5 (na Schriftlezing)
Gezang 13:2,3 (na preek)
Psalm 115:6 (na geloofsbelijdenis)
Psalm 28:3,4

Schriftlezing Marcus 10:32-45
Tekst Marc. 10:45

Preek Marcus 10:45
Door ds. C. Koster

Geliefde gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Vandaag de dag zijn extra dankbaar voor het werk dat mensen doen, die in de zorg bezig zijn. En mensen die in het onderwijs werken. De ziekenhuizen lopen vol met coronapatiënten. En dan ervaar je hoe bijzonder het is dat er in Nederland goede zorg is en bekwaam personeel. De scholen zijn dicht. En dan ervaar je extra hoe bijzonder het is als er normaal onderwijs wordt gegeven. Als het onderwijs goed gaat en de kinderen les krijgen. Als ze gevormd worden door juffen en meesters, die goed kunnen lesgeven.

Nu zijn zorg en onderwijs beroepen waarin mensen dienen. Dienen kan jenatuurlijk in elk beroep. Maar toch, voor beroepen in de zorg en het onderwijs geldt dat wel heel duidelijk dat het dienstbaar werk is. Je geeft tijd en aandacht voor anderen, om hen te helpen. En het is erg opvallend dat juist in de afgelopen jaren er weinig aandacht was voor deze dienstbare beroepen. Er werd immers geprotesteerd en geklaagd, er was een tekort aan personeel. Ze gaven aan dat te weinig aandacht was vanuit de politiek.

In deze dingen kan je wel zien dat een houding van dienen en dienstbaarheid snel een ondergeschoven kindje is. Dienen ligt ons blijkbaar niet zo. We zijn eerder gericht op zelfontplooiing, zelfontwikkeling, zelfverrijking. En nog meer woorden waar het woordje ‘zelf’ voor staat. Behalve dan zelfverloochening.

Als we het gedeelte zien wat we gelezen hebben in de Schriftlezing, dan zien we dat ook bij discipelen niets menselijks vreemd is. Jacobus en Johannes vragen aan de Heere Jezus: geef ons dat wij mogen zitten aan uw rechter- en linkerhand in uw heerlijkheid. Ze zijn gericht op het einddoel van Gods Koninkrijk. Ze wisten dat Koninkrijk komt. En als dat Rijk gekomen is, dan zal dat een heerlijk rijk zijn. En daarin willen ze graag meeregeren.

In zijn antwoord laat Jezus zien: ja, dat heerlijk einddoel komt zeker. Maar dat einddoel komt er niet zonder lijden. De weg tot heerlijkheid gaat wel door lijden heen. Zo sprak Jezus Christus immers ook van de drinkbeker. De drinkbeker van de toorn van God. En dat Hij gedoopt moet worden. Ondergedompeld in het oordeel van God over onze zonden.

Jacobus en Johannes begrijpen het niet. En de andere discipelen reageren boos: ze nemen het de twee discipelen zeer kwalijk. Maar al met al blijkt wel dat ieder van de twaalf discipelen is gericht op zichzelf. Ze zijn hoogmoedig. Ze willen allen de eerste zijn, vooraan staan.

En dan grijpt Jezus deze situatie aan om hen iets te leren. Hij laat hen zien: jullie houding is niet goed. Wie Mij wil volgen, moet ook dezelfde houding willen aannemen als Ik. Wie christen is, moet zelfde gezindheid willen hebben als Christus. Welke houding, welke gezindheid was dat dan? Nou, niet een houding van hoogmoed. En ook niet de strijd over de vraag wie de eerste of meeste is. Nee, een houding van dienstbaarheid. Gericht zijn op ander. De wil om de ander liefdevol te helpen en te dienen.

Kijk maar naar Mij, zegt Jezus Christus. Dan leer je echte dienstbaarheid! En daarover spreekt Hij in ons tekstvers, Marcus 10:45. De Heere Jezus laat zien dat Hij gekomen is naar deze aarde. Hij noemt zichzelf dan zoals vaker de Zoon des mensen. Zoon van de mensen, dat betekent, de zoon die al aan Adam in de moederbelofte belooft was. De Zoon des mensen, over wie Daniël spreekt in Daniël 7. De Zoon des mensen is daar de Man met eeuwige heerschappij. Een heerschappij die Hem niet ontnomen zal worden. Hij ontvangt een Koninkrijk dat niet te gronde gaat. En alle volken, talen en natiën moeten Hem vereren. Hij is de Koning die in glorie en majesteit alle koningen van deze aarde ver voorbij gaat. Nou, als er één is die gediend moet worden door anderen, dan is Hij dat. Jezus Christus, de Zoon des mensen.

Toch is dat niet het doel van zijn komst naar de aarde. Hij is niet gekomen om gediend te worden. Nee, Hij kwam met ander doel. Hij had een andere missie. “Ik ben gekomen om te dienen en zijn ziel te geven als losprijs voor velen.” Het dienen van Jezus gaat hier zo bijzonder ver.

Laten we eerst eens kijken naar dat woord ‘dienen’, broeders en zusters. Want dat woord kan wel vragen oproepen. Iemand kan immers wel zeggen dat hij dient, maar dat hij in werkelijkheid gericht is op zichzelf. Waarin weten we nu dat Jezus Christus echt wil dienen?

Daarvoor kunnen we bij Jezus Christus zelf te rade gaan. Want Jezus had al laten zien dat Hij kwam om te dienen. Kijk maar. Al aan het begin van zijn openbaar optreden vertelde Hij waarom Hij is gekomen. “Ik ben gekomen om zondaren roepen tot bekering” (Marc. 2:17). Hij heeft laten zien wat dienen is, door de vele wonderen van genezing. Hij is een Verlosser die zorgt, die helpt, die vol liefde en genade is.

Ook gaf Hij onderwijs aan de mensen. En legde Hij uit wie Hij is. En wat de echte bedoeling van de wet is. Daarover ging Hij ook in debat met de Farizeeën en Schriftgeleerden. Hij liet hen zien waarom zij de kern van wet niet begrepen, namelijk doordat ze Gods genade eruit hadden gehaald. En Gods liefde niet zagen. Hij liet in zijn woorden en daden zien, dat Hij de Verlosser is, die al in het Oude Testament was aangekondigd. De Lijdende Knecht van de Heere, zoals Jes. 53 daarover profeteerde. Hij die zichzelf zou geven, als een gewillig offer, om anderen te verlossen.

Dat de Heere Jezus zelf die Lijdende Knecht is, liet Hij ook heel duidelijk zien in de woorden die we lazen in onze Schriftlezing. Hij vertelde aan zijn discipelen dat Hij zou gaan sterven. We lazen het in de verzen 32-34. Jezus Christus zal worden overgeleverd, Hij zal worden veroordeeld, bespot, gegeseld, bespuwd, gedood. Hij zal de weg gaan van lijden en sterven.

Toch blijft er nog wel één vraag over. Waarom is die lijdensweg nodig? Waarom moest Jezus Christus lijden en sterven? Hij vertelde wel dát Hij die lijdensweg zal gaan, maar niet waarom Hij die weg moet gaan. Kijk, en dat is wat Jezus Christus in ons tekstvers nu juist wel verteld. Hier vertelt Hij waarom! Hij zal betalen voor de zonden van zijn volk. Hij zal ruilen met zondaren, die gebonden zijn in schuld en straf. Hij zal sterven, zodat anderen bevrijd worden.

Jezus Christus gebruikt hier het woord loskopen. Dat woord wordt ook wel gebruikt voor het vrijkopen van slaven. Geld wat je betaald, zodat een slaaf niet langer meer slaaf is. Zo koopt de Heere Jezus ons vrij van onze schuld tegenover God. De dienst van Jezus Christus gaat zó ver! Hij geeft het kostbaarste wat Hij heeft: zijn eigen ziel, zijn eigen leven. Terwijl Hij nota bene de Zoon des mensen is. Hij die recht heeft op heerlijkheid en macht!

In ons tekstvers zien wij het doel van Jezus’ lijdensweg. Hij is gekomen om verlossing te bewerken. Wat een machtige woorden! Als de discipelen straks met eigen ogen zien dat hun Heere gevangen wordt genomen. Dat Hij wordt geslagen en bespot. Ja, dat Hij aan het kruishout zal hangen. Dan kunnen ze het eten: dit lijden is niet zinloos. Hier voltrekt zich geen betekenisloze tragedie. Dit is geen mislukking van zijn missie. Dit is geen overwinning van de tegenstanders. Nee, hier kwam Jezus Christus voor op aarde! Dit was zijn levensdoel! Om zijn ziel te geven als losprijs voor velen.

Voor velen, zo groot is zijn werk. Een losprijs, meer dan genoeg voor ieder die gelooft. Voor ieder die zich bekeert. Voor zondaars, zoals u, jij en ik.

Wij, die gevangen zijn en gebonden zijn in schuld tegenover God. Wij die van onszelf geen kant op kunnen. Hoe kunnen we worden gered? Dat kunnen we niet op eigen kracht. Dat kunnen we niet door eigen middelen. Wij zijn hulpbehoevend, laten we dat maar ronduit zeggen, gemeente. Wij zijn afhankelijk van iemand Anders die ons wil dienen. Iemand die dienstbaar is. God zond zijn eigen Zoon, zijn dienstbare Zoon. Jezus Christus geeft de losprijs die aan God moet worden betaald. Hij voorziet in nood die wíj hebben veroorzaakt. Wat een genade, geliefde broeders en zusters.

Zo heerlijk is de dienstbaarheid van Jezus Christus. Het evangelie van verlossing en genade. Om niet, voor ieder die gelooft. Door het lijden en sterven van Jezus Christus. Hij betaalde de losprijs die nodig was.

Nu wil ik u mee terugnemen naar de vraag waarom Jezus Christus dit zegt tegen zijn discipelen. Dat is het tweede gedeelte van de preek.

De Heere Jezus merkte een verkeerde houding bij zijn discipelen. Zij hadden eigenlijk haantjes gedrag. Er was hoogmoed bij hen. Ze wilden de eerste zijn. Ze wilden de meeste zijn. En de Heere Jezus wijst dat af. Jullie moeten niet ruziën over wie de eerste is. Maar waarom wijst Jezus Christus dat af? Waarom is ruziën niet goed? Omdat ruziën gewoon niet goed is? Omdat christenen vriendelijk moeten zijn? Omdat er een slecht getuigenis van uit gaat? Natuurlijk is dat allemaal waar, maar dat zegt Jezus niet. Waarom wijst Hij ruziën af? Door te wijzen op zichzelf! Wie onder u belangrijk wil worden, die moet uw dienaar zijn, zegt Hij. “Want ook de Zoon des mensen kwam om te dienen!!” Discipelen, jullie horen toch bij Mij? Als jullie ruziën over vraag wie meeste is, dan misken je Mij! Dan sla je Mij in Mijn gezicht. Dan laat je zien dat je geen idee ervan hebt wie Ik ben!

Discipelen, let toch op Mij. Volg Mij. Neem ook die houding aan die Ik aanneem. “Laat die gezindheid in u zijn, die in Jezus Christus was” gaat Paulus later zeggen. Natuurlijk, de losprijs kunnen zij niet betalen, en dat hoeft gelukkig ook niet, dat zal Jezus Christus doen. Maar ze moeten wel dienstbaar zijn. Dienstbaar, net als Jezus.

Wie Jezus Christus volgt, die moet weten: ja, je zál delen in de heerlijkheid van Christus’ koninkrijk. Maar je zal ook delen in mijn lijden! Als je christen bent, dan moet je ook bereidheid zijn om offers te geven. Dan moet je bereidheid zijn om niet gericht te zijn op jezelf. Op zelfverrijking. Maar op zelfverloochening. Zelfopoffering. Een christen is geroepen tot dienstbaarheid. Achter Jezus aan. Wat is dat dan concreet? Ja, dat betekent voor iedereen wat anders. Jakobus zal sterven vanwege Christus’ naam. Johannes zal verbannen worden. Voor ieder zal het wat anders zijn. Maar van iedereen wordt wel dezelfde bereidheid gevraagd. Om de weg te gaan die Jezus wijst.

Het volgen van zijn voorbeeld. Gaan in zijn voetspoor. Dat laat Hij straks nog aan hen zien. Bij de viering van het Pascha. Daar in de bovenzaal. Als Hij zijn kleed aflegt. En neerknielt. Om nederig als een slaaf de voeten van discipelen te wassen. Van alle twaalf, ook van Judas.

Zo zegt Jezus ook nu: als Ik niet gekomen ben om gediend te worden. Dan zijn jullie discipelen al helemaal niet geroepen om gediend te worden. Zo zegt Jezus ook vandaag: als Ik niet gekomen ben om gediend te worden. Dan bent u, dan ben jij, dan ben ik al helemaal niet geroepen om gediend te worden. Nee, we zijn niet geroepen om ons met elkaar te vergelijken. Om te stoeien over vraag wie beter is. Wie slimmer is, of mooier of leuker of aardiger of rijker of handiger. We zijn niet geroepen om vast te houden aan het eigen gelijk, tot het bittere einde toe, ten koste van anderen. Nee, u bent geroepen, broeders en zusters, om te kijken naar wie voorop loopt! Naar de Heere Jezus, de Dienaar. De stervende Dienaar.

De Heere Jezus zegt: Ik ben gekomen om te dienen. Daarom zijn ook jullie, mijn lieve discipelen, en jullie, gemeente van Jezus Christus geroepen om te dienen! Geroepen om elkaar de voeten te wassen. Geroepen om elkaar te helpen. De liefde zoekt niet zijn eigen belang, zegt Paulus in 1 Kor. 15. De liefde heeft ook oog voor het belang van de ander. Om tijd, aandacht en liefde te geven aan anderen, juist in deze tijd. Om te helpen en op te bouwen. Dat je gericht bent op Jezus Christus, om Hem te dienen. En dat je dáárom ook elkaar wilt dienen. De minste wilt zijn. Jezelf kan verloochenen.

Zo gaat Jezus Christus met zijn discipelen onderweg naar Jeruzalem. In Marcus 10:32 staat het. In vers 46 gaat ze verder naar Jericho. In Marcus 11 volgen ze hun weg naar de hoofdstad van Israël. Op reis om zijn leven te geven, de losprijs te betalen voor velen. Maar de discipelen begrijpen het niet. Ze kunnen het niet vatten. Kijk maar: straks bij het Pascha willen de discipelen de voeten van elkaar niet wassen. Jezus moet dat doen. En daarna aan de Pascha-tafel zijn ze nog steeds bezig met diezelfde discussie over de vraag wie de meeste is.

Er is maar één die hun en onze harde harten kan openen. Dat is de Geest van Christus. Die Heilige Geest schenkt aan mensen de gezindheid van Christus. Hij bewerkt die dienstbaarheid in hun en onze harten. Dat gaf Hij ook aan de discipelen. Zodat ze als apostelen werkelijk dienstbaar konden zijn. Dat wil de Heilige Geest ook schenken aan u, jou en mij, volgelingen van Jezus Christus.

In dienstbaarheid ging Jezus zijn weg. Zijn weg tot aan het kruishout, om zijn ziel te geven als losprijs voor velen. In dienstbaarheid gaat Hij ons voor, als een voorbeeld om te volgen. U mag Hem achterna gaan, broeders en zusters. Hem achterna, tot in het eeuwige Vaderhuis. Amen.

Gepubliceerd inPreek

Reacties zijn gesloten.