Ga naar de inhoud

Veilig in de kerk? (deel 1)

Stel nu eens even dat je je niet veilig voelt in de kerk, waar je lid bent. Elke zondag, elke eredienst bekruipt je het gevoel van onbehagen. Van onveiligheid, angst, zorgen. De erediensten vallen je zwaar, lid zijn van je gemeente wordt heel moeilijk voor je.

Mag ik u voorstellen aan een vrouw. Laten we haar voor het gemak Ingrid noemen. Zij is, voor zover ik dat kon zien, van harte gereformeerd. Maar toch sluit zij zich niet aan bij DGK of bij welke kerk dan ook. Waarom niet? Omdat zij zich niet veilig voelt. Zij heeft een onveilig gevoel. Zij heeft verschillende kerkscheuringen meegemaakt. En ze heeft hele negatieve ervaringen daarvan gekregen. Al de energie en aandacht van haar ouders gingen naar de kerk. De scheuring had grote gevolgen voor school, voor haar omgang met haar vriendinnen. En ook in de periode na de kerkscheuring voelde ze zich niet veilig in de gemeente waar zij lid was. Ze voelde zich steeds beoordeeld door gemeenteleden. Steeds bekeken. Kortom: Ingrid is alle vertrouwen kwijt geraakt in de kerk, in het lid zijn van een kerkelijke gemeente.

Maar er zijn gelukkig ook hele andere voorbeelden te noemen. Een broeder Henk die lid is van een kerkelijke gemeente. Hij heeft persoonlijke moeiten en worstelingen, kampt met eenzaamheid en teleurstellingen. Maar hij vat goede moed en deelt zijn geheimen met iemand die hij vertrouwt in die gemeente. En zijn geheimen blijken veilig te zijn.

Hij kan het delen, kan het bespreken. Hij voelt steun en hulp en komt zo verder in zijn worsteling.

Hoe kan er zo’n verschillende ervaring zijn, tussen Henk en Ingrid? En hoe is dat voor jou? Voel jij je veilig in jouw kerkelijke gemeente? Geef jij je broeders en zusters bij jou in de gemeente een veilig gevoel?

Veilig bij God

Nu is het goed om te beginnen met de vraag: wat is veiligheid precies? Is dat: geen moeite, geen strijd? Geen aanvallen van de satan? Veiligheid als een soort paradijs. Een eiland op de middellandse zee, met muziek, gouden stranden en eeuwig zwemmen, zonder haaien?! Wat is veiligheid precies?

Bij de vraag ‘wat is veiligheid’ willen wij de Bijbel opendoen: veilig ben je bij God. De Schriften laten ons zien: God is een toevlucht en een sterkte. Een schuilplaats in benauwdheden. Israël werd verdrukt in Egypte. Ze moesten harde slavendienst verrichten. Er was sprake van kindermoord. In hun nood riepen zij tot God, en God hoorde. Hij gaf ze hun de vrijheid terug. En dat niet alleen, Hij gaf hen ook veiligheid. Denk concreet aan de doortocht door de Schelfzee. De HEERE leidt hen droogvoets door die zee heen. De Egyptenaren kwamen hen achterna. Maar met Gods heerlijkheid kwam Hij tussen Israël en Egypte instaan, om hen te beschermen. Het water stond als muren omhoog. God was achter hen. Ze waren veilig tegenover de vijand. Bij de HEERE ben je veilig.

Voelden de Israëlieten zich dan altijd veilig? Nee, u weet wel, dat moment dat de Egyptaren er aan kwamen. Israëlieten konden geen kant op. Ze waren in paniek. Ze vielen terug in ongeloof en klein geloof. Ze voelden zich enorm onveilig en onbeschermd. En toch waren ze veilig! Hun gevoel, hun klein geloof bedroog hen. God beschermde zijn volk.

God bewaart zijn volk

Dat zien we eigenlijk steeds terug in de Bijbel: de Heere bewaart zijn volk. Hij belooft hen: Ik zal u veilig doen wonen in uw land (Lev.26:5, Deut.12:10; 33:28). Denkt u aan de zegen tijdens de regering van David en Salomo. Er was geen oorlog en geen bedreiging van rondom. De Heere gaf hen veiligheid.

Aan wie geeft de HEERE die veiligheid? Aan zijn volk! Dat volk heeft Hij verkoren, dat volk wil Hij leiden. Aan dat volk vervult Hij zijn belofte. En brengt hen veilig in het beloofde land. Maar de vijanden van God zijn onveilig. Jericho bijvoorbeeld. Een sterke stad met sterke muren. Maar die muren geven Jericho geen veiligheid. Als Israël daar komt in het beloofde land, dan breekt God die muren van Jericho af. Eén uit Jericho mag bewaard blijven, dat is de prostitué Rachab. Zij wordt, samen met haar familie, bewaard, omdat zij vertrouwt op de Heere.

God vraagt geloof

Daarin leren wij een bijzondere les. De HEERE geeft veiligheid aan zijn volk en Hij geeft zijn oordeel aan de andere volken. Maar dat gebeurt niet automatisch. Het is niet vanzelfsprekend dat Israël beveiligd wordt en alle andere volken niet. Het staat of valt met geloof. Het staat of valt met het gelovig leven in het verbond met de HEERE.

Rachab hoorde niet tot het volk Israël. Ze hoorde bij de heidenen. En toch wordt zij door God beveiligd, omdat ze gelooft.

En Israël, ondanks dat ze Gods volk zijn, wordt niet altijd door God beveiligd. Denkt u aan de tijd tussen de verlossing uit Egypte, en de aankomst in het beloofde land. Gods volk was lang niet altijd veilig tijdens de woestijnreis. Waarom dan niet? Was God dan niet sterk genoeg, om zijn volk die veiligheid te bieden? Jazeker wel, maar het volk dwaalde. Geloofde niet. Het verliet Gods wegen, verliet Gods geboden. Ze gingen de afgoden dienen. Kijk, dan komt de Heere met zijn toorn en oordeel. Dan zendt de HEERE slangen. Dan zendt de HEERE andere volken die hen aanvallen, om zo Israël te straffen. Het volk Israël is alleen veilig, als het trouw leeft in het verbond. Als het vertrouwt op God. Als het God liefheeft en Hem alleen dient.

Veiligheid in het Nieuwe Testament

In het Nieuwe Testament zien we eigenlijk dat dit onderwijs wordt voorgezet en verdiept. Kijkt u maar naar wat de Heere Jezus Christus zegt. De Heere Jezus zet in zijn onderwijs op een bepaalde manier alles op zijn kop. Want wat is veiligheid als Jezus Christus zegt: zalig zijn die vervolgd worden om de gerechtigheid. Zalig bent u als men u smaadt en vervolgt, en door te liegen allerlei kwaad tegen u spreekt, omwille van Mij. De Heere Jezus garandeert geen veiligheid in die zin, dat je een makkelijk leven zal leiden als christen. Wat Hij wel belooft is zaligheid, verlossing. Kijk, en daarin ligt de ware veiligheid. Veiligheid bij God in Jezus Christus. Dat is een veiligheid die standhoudt, tot in eeuwigheid.

Als we tot deze diepere laag komen, dan gaan we mooie dingen zien. Want de Heere Jezus belooft geen gemakkelijk, veilig leven. En toch ben je bij Hem wel veilig. Bij Hem! Kijkt u maar waar de Heere Jezus voor bidt in Joh.17, het hogepriesterlijk gebed. Hij bidt om veiligheid voor zijn discipelen.

Bewaar hen

De Heere Jezus zegt: Bewaar hen, die U Mij gegeven hebt in Uw Naam, opdat zij één zullen zijn zoals Wij. En Jezus zegt over zijn discipelen tijdens zijn leven op aarde: Ik heb hen bewaard die U mij gegeven hebt. En verder: Ik bid niet dat U hen uit de wereld wegneemt, maar dat U hen bewaart voor de boze. Kijk, dat is de kern: dicht bij de Heere Jezus is er veiligheid.

De Heere Jezus heeft zijn discipelen bewaard. Bewaren? Wat heeft Hij dan precies gedaan? Bij ‘bewaren’ kunt u denken aan een Herder. De Heere Jezus, als de Goede Herder. Als Herder waakt Hij niet alleen. Nee, Hij koestert, beschermt, onderhoudt, voedt. De Heere Jezus hield zijn discipelen steeds in het oog. En Hij gaf hen steeds wat zij nodig hadden. Hij behartigde al hun belangen. Ook door zijn onderwijs bewaarde de Heere Jezus hen. Rustte Hij zijn discipelen toe. Hij waarschuwde hen, ook dat is bewaren!

Bewaren, dat deed de Heere Jezus ook door zijn discipelen te vermanen en te bestraffen. En de Heere Jezus heeft zelf gezegd: de satan heeft begeert u te ziften als de tarwe, maar Ik heb gebeden. Wat heeft Jezus Christus dan gebeden? Niet dat de satan moet stoppen met ziften! Nee, maar dat uw geloof niet ophoudt. Kijk, dát is werkelijke veiligheid! Zo heeft Jezus Christus zijn discipelen bewaard.

En dat was niet een gemakkelijke weg. Wat hebben die discipelen niet een angsten uitgestaan, op zoveel verschillende momenten. Bijvoorbeeld in dat bootje, dat schommelde op zee, in noodweer. Ze voelden zich onveilig, ja, enorm onveilig. En toch waren ze veilig! Want de Heere Jezus waakte over hen. Hij zorgde ervoor dat ze bewaard bleven en veilig aan land kwamen.

Petrus, ondanks zijn verloochening. Thomas, ondanks zijn scepsis en klein geloof. De Heere Jezus bewaarde hen. Ze waren veilig bij Hem. Hij is voor hen als een Herder. We kunnen ook zeggen: de Heere Jezus is voor hen als een Hogepriester. Hij gaf zijn leven, om onze levens in veiligheid te stellen tegenover de alles verzengende hitte van Gods toorn over onze zonden. En zo bidt Hij voor ons: bewaar mijn volk voor de boze.

Genade

Veiligheid is genade. Israël werd uit Egypte verlost en werd beveiligd tegen achtervolgende Egyptenaren. Dat was genade! Ze mochten veilig zijn in het beloofde land. Dat was genade! U mag veilig zijn onder de hoede van Jezus Christus. Dat is genade! Dat is alleen door de Heere Jezus, die in de meest onveilige plek is geweest die er bestaat. Zodat wie gelooft in de Heere Jezus voor altijd veilig is.

Oké, meer de kernvraag van deze lezing is: kan je veilig zijn in de gemeente van Jezus Christus? Als je dit alles nu gelezen hebt, moet je dan tot de slotsom komen: in de kerk ben je niet veilig, je bent alleen bij God veilig. Is dat een juiste conclusie? Ja en nee. Dat zal ik in het volgende deel uitleggen.

Gepubliceerd inArtikel

Reacties zijn gesloten.